realisatie
Al tijdens de
tweede wereldoorlog worden er door architect Alphons Boosten plannen gemaakt
voor een nieuwe school, omdat hij inziet dat de oude lokatie in het centrum
geen toekomst heeft. De plannen zijn oorspronkelijk traditioneel van opzet,
en geïnspireerd op oude abdijen. Provisor J. Nabben van het Bisschoppelijk
College staat echter een campus voor ogen. Hij, architect Boosten en
professor Froger als stadsarchitect van de gemeente Weert komen na de oorlog
tot de conclusie dat een locatie van een aanzienlijk oppervlak ( enkele
tientallen ha.) buiten de stad de meeste potentie voor een nieuwe school
biedt.
In 1946
verliest het Bisschoppelijk College haar functie als vooropleiding voor
priesters en wordt Rolduc omgebouwd tot klein seminarie. Daarvoor in de
plaats verhuist de H.B.S. van Rolduc naar Weert. In datzelfde jaar wordt het
gymnasium door de overheid als opleiding erkend en gesubsidieerd. De school
groeit snel. In 1948 worden de eerste terreinen aan de Kazernelaan
aangekocht en als sportterrein in gebruik genomen.
De lokatie in
het centrum van Weert is sterk verouderd en wordt te klein. In 1951 geeft
directeur Moors opdracht aan provisor Nabben om gronden te kopen en te
ruilen, en geldleningen af te sluiten ten behoeve van een school met
internaat en facilitaire voorzieningen.
De aankoop van de gronden aan de Kazernelaan en de Uilenweg, die al in
1948 gestart is, wordt verder doorgezet. De boerderijen “de Lichtenberg” en “de Helmonder”, en
“Russelsbroek”worden aangekocht. Nabben staat een campus naar Amerikaans
model voor ogen, dat geheel zichzelf kan bedruipen. Voor dat doel wordt “de
Helmonder” als varkensboerderij ingericht en worden er kassen aangelegd voor
de teelt van gewassen. De boerderij “de Lichtenberg" wordt later ingericht
als manege. De aankoop van de gronden en boerderijen stuit op veel verzet
van de plaatselijke bevolking. Ook de intensieve veehouderij stoot op grote
weerstand. Er vindt een grote uitruil plaats tussen terreinen van de
Staatsdomeinen en het College. Er bestaan in 1952 plannen om het terrein
van het College samen met het tachtig hectaren grote IJzeren Man gebied
onder toezicht van Staatsbosbeheer tot een groot planologisch en recreatief
geheel samen te smelten. In 1955 wordt aan het ministerie toestemming
gevraagd voor de bouw van een nieuwe school van maximaal negenhonderd
leerlingen aan de Kazernelaan. Men dringt aan op gelijktijdige nieuwbouw van
een internaat. In 1957 steunt de inspectie de plannen. De bouw van de nieuwe
school en de gymlokalen start op 13 maart 1961 en de oplevering vindt plaats in 1962. A.Boosten is de architect en de firma Jos Demonte en Zn. wordt
de aannemer.
In de lente
van 1954 worden de laatste hindernissen weggenomen voor de ontwikkeling van
het recreatiepark de Lichtenberg. Gedeputeerde Staten verlenen goedkeuring
om het gedeelte van de Ijzerenmanweg dat over het huidige park loopt te
onttrekken aan het openbare verkeer. Het ontwerpteam bestaat uit Nabben als
provisor, de Weertenaar Pierre Weegels als architect, en de beeldend
kunstenaar en leraar Harrie Martens, Op 18 april 1956 worden de tennisbanen
en het zwembad in gebruik genomen. De bouw van de kapel vordert gestaag en
wordt voltooid in 1957. Het openluchttheater opent zijn poorten in 1961,
maar wordt in 1962 feestelijk geopend. Recreatiepark de Lichtenberg is
voltooid!